Steeds meer a cappellagroepen gebruiken vocal percussie (VP) om hun nummers te ondersteunen. Het risico van zingen met onversterkte VP is dat de VP kan 'verdrinken' in het geluid van de zangers. Met name de bassdrum raakt zijn kick binnen een paar meter kwijt. Je wil als VPer niet al dat harde werk doen als je publiek er niets van hoort. Het versterken van de VP is dan de logische volgende stap.
Bij versterkte VP zijn een aantal zaken om in de gaten te houden; je VP moet te horen te zijn in balans met de groep die je begeleidt, de sound moet in orde zijn en je moet het ook op je optreden waarmaken. Deze punten komen in dit stuk langs.
Wat vaak fout gaat, is dat de versterkte VP te hard is. Gebruik niet zomaar een solomicrofoon die staat ingesteld op solovolume om te VP'en! In mijn ervaring moet je de gain (of trim) van een VP-microfoon op de helft zetten van een solomicrofoon (dus trim instellen op minder dan 9 uur itt 12 uur, het zwarte knopje op de foto). Dus geluidstechnici, als bij je festival ineens een solomicrofoon door een VP'er wordt gepakt, draai meteen het volume terug naar minder dan 50%!
De tweede grote fout die vaak gemaakt wordt, is de VP (alleen) over de zaalspeakers te laten klinken. Dit maakt het praktisch onmogelijk om VP en groep in balans te brengen. Het publiek hoort de VP eerder en beter dan de groep. Dat is natuurlijk niet de bedoeling als de VP'er de beat aangeeft voor de groep.
Je bereikt een goede balans en gelijkheid met de groep met een of twee speakers achter de groep. Ik heb zelf goede ervaringen met zowel Jammin’ als BALK Festival Centraal door twee speakers op palen te zetten op borsthoogte in de coulissen bij het achterdoek, of over de groep heen als je minder ruimte hebt. Op deze manier hoort de groep de VP goed en hoort het publiek de VP als gebalanceerd onderdeel van de totale sound. Overigens vragen dirigenten ook steeds meer om combo of piano op deze manier te versterken naar de groep en publiek.
Om de sound van de VP helemaal goed te krijgen, kun je nog werken met het type microfoon, compressie en toonregeling.
Een goede zangmicrofoon is niet noodzakelijk een goede VP-microfoon. De Shure SM 58, voor veel zangers dé microfoon, laat bijvoorbeeld weinig over van je kickdrum. Een Shure Beta 58 geeft juist wel een vette kickdrum als je deze dicht bij je mond houdt (vergelijk de frequentiekarakteristieken van de twee microfoons maar voor de achtergrond daarvan). Als je geen Shure kan/wil kopen, is een Behringer XM8500 of een Thomann t.bone MB 85 Beta een goede en goedkope keuze voor 1/10e tot 1/5e van de prijs, deze zijn echter niet draadloos beschikbaar.
Als je versterkt gaat VP'en merk je dat je je VP-techniek helemaal om moet gooien. Daar waar je onversterkt veel werk moet verrichten om een hoorbare kickdrum te doen, is versterkt een klein plopje in de microfoon genoeg voor een groot geluid. Maar als je vaak switcht tussen versterkt en onversterkt wil je je geen zorgen moeten maken dat de geluiden allemaal ongeveer even sterk zijn. Dan is een compressor een goede oplossing. Zelfs een eenvoudige compressor in de huidige Behringer Xenyx mengpanelen is afdoende (ik stel deze in op ongeveer 12 uur, zodat je kick het lampje aan laat gaan en de hi-hat en de snare net niet, zie de lichterblauwe knop in de foto).
Als laatste punt kun je met de toonregeling van je mengpaneel de sound afmaken (de onderste 3 knoppen op de foto). Meer laag geeft je een dikkere kick, meer hoog geeft je geprononceerdere hi-hats.
Je kunt dit allemaal bereiken zonder met een hele hoop dure techniek te gaan slepen. Mijn mobiele set bestaat uit een Behringer Xenix Q802usb mixer met 'one-knob compression', een paar actieve speakers van Skytec (SP1200A) met een paar palen van Innox en een draadloze of bedrade Shure Beta 58.
In alle gevallen is het sterk aan te raden om een VP-soundcheck te doen voor je optreden. Als je steeds dezelfde set gebruikt, staan compressor en toonregeling al goed en hoef je voor je optreden alleen het volume in te stellen. Nog steeds heb je een alerte geluidsman nodig die op de balans let en niet daarna alsnog de VP 'lekker' hard zet en de groep verzuipt in gedreun van de VP.
Voor kleine optredens kan je het bij de soundcheck samen met dirigent of groepslid inregelen en dan heb je geen geluidsman nodig. Overigens kan je als VP'er jezelf niet soundchecken. Je kunt namelijk slecht horen of het niet te hard staat want je bent intussen zelf herrie aan het maken!
Ook op een festival is soundchecken essentieel, grijp je kans in een pauzeblok voor je optreden of zelfs 1-2 minuten net voor je optreden. Het laatste wat je wil is dat de VP de rest overdondert en men het er nog jaren later over heeft en niet over het geweldige optreden dat de hele groep gaf.
Als je deze tips volgt, dan moet het lukken om succesvol je VP bij je groep te versterken of VP-versterking aan te bieden op je festival. Veel succes met het oefenen op je 'on-mike' VP-techniek.
Met dank aan Bas ’t Hart en Jannie van Velzen voor het proeflezen.
Paul Sijben, september 2014